Ga verder naar de inhoud

“Elke niet-begeleide minderjarige is een gewoon kind in een ongewone situatie”

08 juni 2020

“Een niet-begeleide minderjarige opvangen is fantastisch voor beide partijen”, getuigt pleegmoeder Myriam. “Voor ons gezin is dat een enorme verrijking geweest.”

Twee jongens met gekke bek-buitenlandse roots

Elk jaar komen er heel wat niet-begeleide minderjarige vreemdelingen (NBMV) naar België. Meestal worden ze hier opgevangen in een voorziening tot ze op eigen benen kunnen staan, maar sommigen komen ook terecht bij een pleeggezin.

In 2019 kwamen er 1.220 jongeren aan in België die verklaarden een niet-begeleide minderjarige vreemdeling te zijn. Volgens de Dienst Vreemdelingenzaken is een NBMV een minderjarige, dus jonger dan 18 jaar, op het moment van aankomst. Een NBMV is niet begeleid door een ouder of voogd, is onderdaan van een land dat niet tot de Europese Unie behoort en heeft asiel aangevraagd. De meeste NBMV die vorig jaar naar België kwamen, zijn afkomstig uit Afghanistan, Guinee, Somalië, Eritrea, en Syrië. Meer dan 87% van hen zijn jongens.

De standaardprocedure voor de opvang van een NBMV start met een verblijf in een Observatie- en Oriëntatiecentrum. Na twee tot vier weken verhuist de jongere meestal naar een voorziening of leefgroep, maar sommigen van hen komen ook terecht in een pleegezin. “In 2019 hebben we in heel Vlaanderen 194 niet-begeleide minderjarigen kunnen onderbrengen bij een pleeggezin”, vertelt Caroline Bréart, pleegzorgbegeleidster bij Pleegzorg Vlaams-Brabant en Brussel. “Dat betekent dat er in totaal aan het eind van vorig jaar 467 lopende plaatsingen van niet-begeleide minderjarigen waren.”

Integratie en sociale contacten

Veel NBMV hebben een hele weg afgelegd voordat ze in België terechtkwamen. “Onderzoek heeft aangetoond dat NBMV dan ook meer risico hebben op trauma’s”, legt Caroline uit. “Sociale contacten en integratie in de nieuwe omgeving bevorderen de verwerking van die trauma’s. Het is daarom heel belangrijk om in te zetten op activiteiten zoals school of hobby’s. En opvang bij een pleeggezin kan daarbij natuurlijk ook een grote rol spelen.”

“Sinds 2017 werken we nauw samen met Minor-Ndako”, gaat Caroline verder. “Die samenwerking houdt in dat we proberen om vluchtelingen die jonger zijn dan veertien jaar na één of twee dagen na hun aankomst in België al bij een pleeggezin te plaatsen. Dat noemen we directe plaatsingen.”

“Sinds de start van die samenwerking hebben we al 25 kinderen direct kunnen plaatsen in een gezin”, vult Sandra Otten van Minor-Ndako aan. “Een niet-begeleide minderjarige die opgroeit in een pleeggezin, groeit op in een veilige en stabiele situatie. De kinderen integreren snel in hun nieuwe omgeving en leren de taal binnen enkele maanden. Binnen een pleeggezin is er bovendien rust, ruimte en tijd voor individuele aandacht. We zien dat dat veel effect heeft op het welzijn van de kinderen. Uiteindelijk is elke niet-begeleide minderjarige eigenlijk een gewoon kind in een ongewone situatie.”

“We zien wel dat meer dan de helft van de jonge kinderen op termijn wordt herenigd met hun gezin”, vertelt Sandra. “Al duurt die procedure gemakkelijk één à twee jaar.” “In het geval van gezinshereniging worden de pleeggezinnen ook goed voorbereid op de komst van de ouders”, vult Caroline aan. “Want als de familie aankomt in België, stopt in principe de pleegplaatsing. De meeste kinderen willen dan ook meteen bij hun ouders gaan wonen en verblijven samen met hen in een opvangcentrum. Soms is er wel een overgang met nog een gedeeltelijk verblijf in het pleeggezin. Maar dat wordt altijd in overleg met alle partijen besloten.”

Pleeggezin NBMV kleurrijk juni 2020

Van steungezin naar pleeggezin

Sommige NBMV verblijven eerst een tijdje in een instelling voordat ze bij een pleeggezin terechtkomen. Maar ook dan is die positieve invloed van het gezinsleven voelbaar. “Sommige kinderen in de instelling hadden familie bij wie ze op bezoek konden gaan. Als je geen familie hebt in België, zoals bij mij het geval was, is het heel leuk als je toch iemand hebt die je accepteert. Dat doet deugd”, vertelt Celia. Zij kwam bijna acht jaar geleden naar België en verbleef eerst in een instelling voordat ze bij haar pleeggezin terechtkwam.

“In het begin waren wij enkel steungezin”, vertelt pleegmoeder Myriam. “Mijn dochters wilden graag dat we pleeggezin zouden worden, maar als alleenstaande met drie kinderen zag ik dat niet zitten. Toen mijn dochters me vertelden dat we steungezin konden worden, ben ik daar wel in meegegaan, want tijdens het weekend wou ik me wel engageren om een niet-begeleide minderjarige te ondersteunen.” Celia: “Ik herinner me de eerste keer dat ik Myriam en haar dochters zag nog heel goed. Mijn pleegzussen hadden toen speciaal een taart gekocht, maar ze hadden die laten vallen. Dat was heel grappig. Zo was het ijs meteen gebroken.”

Na enkele jaren als steungezin, zetten Myriam en haar dochters de stap naar langdurige pleegzorg. “Ik heb dat eigenlijk niet als een sprong ervaren toen Celia permanent bij ons kwam wonen. Het ging allemaal heel vanzelf omdat ze toch al dikwijls bij ons was. Voor mij was het ook gemakkelijk dat Celia ongeveer dezelfde leeftijd heeft als mijn dochters. Daardoor kon ik gemakkelijker de ouderrol opnemen, want ik kon haar gewoon hetzelfde behandelen als de andere meisjes.”

“En dat was streng, maar rechtvaardig”, vult Celia aan. “Myriam heeft ervoor gezorgd dat we heel zelfstandig zijn geworden. Ze gaf ons veel vrijheid, maar gaf ook duidelijk aan waar de grenzen waren.”

Genieten van het nu

Voor Celia is dat een belangrijke les die ze meeneemt in haar volwassen leven. En ook voor Myriam was de pleegplaatsing een verrijking: “Ik denk dat de situatie hier in België voor Celia dikwijls heel moeilijk was, maar ik vond het ongelooflijk hoe vrolijk zij daar altijd bij bleef. Ze heeft een heel optimistische levensvisie en geniet van het nu zonder te veel te denken aan de problemen die komen. Die zal ze dan wel oplossen. Die positieve houding komt nu, tijdens de coronacrisis, goed van pas.”

Voor de toekomst hebben Celia en Myriam nog geen concrete plannen of dromen. “Alles ligt open”, zegt Celia. “En ik heb er vertrouwen in dat Celia haar plek zal vinden in de samenleving”, vult Myriam aan. “Waar weten we niet, dat zien we nog wel.”

Dit artikel verscheen voor het eerst in het pleegzorgtijdschrift Kleurrijk, editie juni 2020.

Andere interessante artikels

P14 pleegzorgpluim 2
Nieuws

Een pleegzorgpluim voor Rik!

23 februari 2024

Elk kwartaal zetten we bij pleegzorg iemand in de bloemetjes die een pluim verdient voor zijn of haar engagement in pleegzorg. Dat kan gaan over een pleeggezin, ouders, een pleegzorgbegeleider,... Die persoon verrassen we dan met een bezoekje, een award en een artikel in Kleurrijk, ons pleegzorgtijdschrift.

Huisdieren in pleegzorg
Getuigenis

Huisdieren in pleegzorg

9 februari 2024
Of het nu gaat over een hond, een kat, een stel kippen of een konijn … tal van mensen kiezen ervoor om hun thuis te delen met een harige of…
Campagne Meetjesland visual
Nieuws

Zoektocht naar nieuwe pleeggezinnen in Meetjesland

15 januari 2024

Maandag 15 januari starten we vanuit Pleegzorg Oost-Vlaanderen met een campagne om nieuwe pleeggezinnen te vinden in het Meetjesland. De zoektocht concentreert zich in de gemeenten Aalter, Lievegem en Sint-Laureins waar op dit ogenblik een gebrek aan pleeggezinnen is.