Dialoogdag 25 maart
Op 25 maart organiseerden Pleegzorg Provincie Antwerpen en Pleegzorg Vlaanderen een dialoogdag. Pleegjongeren, pleeggasten, pleegzorgers en ouders met een kind in Pleegzorg kwamen samen rond het thema ‘Meer tijd voor begeleiding’: Waarom is dit zo belangrijk en hoe kunnen we deze boodschap tot bij het beleid brengen?
Aanpak
Tijdens verschillende creatieve sessies gaan de verschillende betrokkenen in Pleegzorg aan de slag rond het thema om ervoor te zorgen dat de signalen gehoord én opgenomen worden door de beleidsmakers.
- Workshop 1: ontwerpen van slogans voor postkaarten
Ouders en pleegzorgers, onder begeleiding van Ninke, wervingsmedewerker bij Pleegzorg provincie Antwerpen, ontwerpen slogans om beleidsmakers ervan te overtuigen dat meer begeleidingstijd erg waardevol voor hen zou zijn.
Deze postkaarten worden gedrukt en verspreid naar ontmoetingsroepen van de verschillende pleegzorgdiensten. Daar worden er persoonlijke boodschappen op geschreven en worden ze verstuurd naar beleidsmakers, gaande van directie van pleegzorgdiensten, tot de kinderrechtencommissaris tot de minister van Welzijn.
- Workshop 2: Wat als?
Ondersteund door begeleiders van Villa Basta hebben zowel jongeren, ouders als pleegzorgers filmpjes gemaakt volgens het concept van het TV-programma ‘Wat Als?’: Wat als mijn begeleider meer tijd zou hebben? Wat als een restaurant werkte zoals Pleegzorg? Wat als mijn pleegzorgbegeleider een kapper was?...
- Workshop 3: Jules laat van zich horen!
De pleeggasten hebben, onder begeleiding van Pasform vzw, gewerkt om zich te laten horen bij het beleid. Eerst gingen ze in gesprek rond wat hun verschillende ideeën en bedenkingen zijn en waarom ze graag meer tijd voor begeleiding willen. Dit hebben ze dan allemaal weergegeven op ‘Jules’, een levensgrote figuur die symbool staat voor alle pleeggasten.
Na deze dialoogdag gaat Jules op avontuur om overal de mening van de pleeggasten luid te verkondigen.
Jules eindigt zijn reis op het kabinet van de Minister van Welzijn, Hilde Crevits. Samen met een paar pleeggasten gaan we Jules hier overhandigen en gaan we in gesprek rond de signalen van de pleeggasten.
- Workshop 4: Sticker art
Pleegjongeren hebben hun ideeën en bedenkingen neergeschreven en opgetekend.
- Tussendoor: Babbelbox
Alle deelnemers van de dag konden tussen de verschillende sessies door gaan babbelen in de babbelbox. Waarom vinden zij meer tijd voor begeleiding belangrijk? Een aantal citaten:
- ‘Wij willen meer tijd voor begeleiding, zodat als je bv. ruzie hebt met je pleegmama, je je begeleider kan bellen en dat zij dan naar jou komt fietsen en dat je dan samen kan gaan wandelen en praten.’
- ‘Meer tijd voor begeleiding zodat je ook eens een spelletje kan pelen en niet snel-snel alles moet bespreken.’
- ‘Er zouden meer pleegzorgbegeleiders moeten komen, want die zijn nodig, zowel voor de pleegzorgers, de ouders en de jongeren. Daar is natuurlijk veel meer budget voor nodig. Ik hoop dat dat wat begint door te dringen.’
- ‘We vinden dat een begeleider meer tijd zou moeten hebben, zodat ze zelf beter kunnen beslissen bij wie ze wanneer kunnen langsgaan.’
- ‘Omdat het voor ons, de pleeggasten, dan nog leuker zou zijn. Dan kunnen we vaker dingen doen, zoals gaan wandelen of activiteiten. Of om meer uit het verleden te halen en dat de begeleider mijn levensarchief beter kan maken.’
- ‘Het zou fijn zijn als er in Pleegzorg een uitbreiding zou zijn van een team voor administratieve en juridische zaken , waardoor het takenpakket van de begeleider haalbaarder is.
Signalen rond meer tijd voor begeleiding
Waarom vinden de verschillende betrokkenen in Pleegzorg het zo belangrijk dat er meer tijd is voor begeleiding? Zowel in het verleden als op deze dialoogdag hebben we hierover verschillende signalen opgevangen:
- Signalen van ouders:
Ouders geven aan dat ze te weinig informatie hebben over het aanbod aan hulpmogelijkheden, ook buiten Pleegzorg. Soms gaan ze zelf op zoek naar hulp. Ze willen informatie over het hulpaanbod op maat van hun situatie. Bv. als hun kind terug naar huis komt, willen ze weten op welk hulpaanbod binnen en buiten Pleegzorg ze beroep kunnen doen.
Het is belangrijk dat ouders de keuze krijgen hoe en wanneer ze alle informatie aangeboden krijgen. Soms dienen ouders eerst de tijd krijgen om emotioneel te zijn. Laat ouders uitrazen, luister naar de ouders en gebruik dit niet tegen ouders.
Ouders verwachten dat de hulpverlening duidelijke doelen stelt. Wat is goed genoeg? Wat wordt er van ouders verwacht? ‘Er moet meer met ons gewerkt worden, zodat we weten wat van ons verwacht wordt.’ ‘Vertel mij duidelijk wat mijn kind nodig heeft en geef mij van in het begin de juiste ondersteuning om die ouder te kunnen zijn.’
Ouders willen, ook na de terugkeer naar huis, nog begeleiding om hun kind de veiligheid te blijven bieden.
Ouders willen een 2e kans krijgen als het is misgelopen is in hun leven. Ze willen graag meer steun vanuit de begeleiding bij het grijpen van die 2e kans, door bv. meer tips hoe ze met hun kind kunnen omgaan, ondersteuning bij de zitting van de jeugdrechtbank.
Belangrijk dat er duidelijkheid is over de rol van de pleegzorgbegeleider: wat kan je als ouder van de begeleider verwachten?
Ouders ijveren voor meer ervaringsdeskundigen in armoede en sociale uitsluiting binnen Pleegzorg. Ouders ervaren veel steun van de ervaringsdeskundigen.
‘We zien de begeleider dikwijls alleen als het moeilijk is. We zouden de begeleider graag even vaak zien als dat de pleegzorgers de begeleider zien. Wanneer ouders, door de begeleiding, kunnen groeien, is dit ook in het belang van het kind. ‘ ‘Het is moeilijk om vertrouwen op te bouwen met de begeleiding als er weinig contact is.‘ Deelnemer dialoogdag: ‘Zelfs eens 11 maand zonder begeleiding.’
Er zou meer begeleiding moeten zijn op het vlak van administratie, dit is vaak moeilijk voor ouders. Wanneer hier te weinig uren voor zijn, iemand hier specifiek voor aanstellen?
- Signalen van pleegzorgers:
Splitsen van taken/ expertises pleegzorgbegeleider: Zorg dat begeleiders kunnen bezig zijn met begeleiding. Nu moet veel via de begeleider verlopen, wat als belemmerend/ vertragend wordt ervaren. Voor heel wat administratieve zaken is dit niet nodig.
Administratie is complex en vandaar is er nood aan een aanspreekpersoon (helpdesk) waarbij je terecht kan met de administratieve/financiële vragen. ‘Quality time komt in het gedrang doordat er te veel moet ‘geregeld worden.’
Er is nood aan experten binnen diensten die zich specialiseren op verschillende domeinen, zoals administratie, financiële zaken, sociale kaart m.b.t. psychiatrie…etc. Tijdens crisissituaties is dit zeer belangrijk.
Participatie: Het is niet altijd duidelijk waar en bij wie je terechtkan met ideeën, bedenkingen en klachten.
Flexibiliteit van begeleiding/ werkdruk van begeleiders: Pleegzorgers hebben nood aan frequentere ondersteuning in de loop van een pleegzorgplaatsing. Men merkt dat diensten, begeleiders erg onder druk staan. Er is minder flexibiliteit in het maken van afspraken die passen voor het pleeggezin. De inhoudelijke ondersteuning is wel goed. Nodige ondersteuning wanneer nodig (zorg nog niet voldoende vraaggestuurd ervaren). Als alles goed loopt, tijdsinvestering beperken. Opletten dat je niet verstikt: persoonlijke contacten om de zes weken zijn niet nodig wanneer alles goed loopt. Een telefoon of mail kan dan al voldoende zijn.
Bij problemen is meer tijd nodig. ‘Altijd bereikbaar’ blijft een item, pleegzorgers verwachten dat wanneer het nodig is ze de dienst kunnen contacteren, ongeacht het uur of de dag.
Deelnemer dialoogdag: ‘Het gaat nu moeilijk in mijn pleeggezin, maar hoe hard mijn begeleidster ook haar best doet, ze heeft maar 2 handen, 8u in een dag en veel te veel dossiers om deze intensief te begeleiden.’
Deelnemer dialoogdag: ‘Begeleiding zou meer tijd moeten hebben om direct op situaties in te spelen. Vaak werkt het sneller via privéconsulten dan via begeleiding pleegzorg. Begeleiding zou meer beschikbaar moeten zijn in situaties waar het even spannend is met de pleegkinderen, er zou daar meer ruimte voor moeten zijn in hun agenda om direct op situaties in te spelen.’
Co-begeleiderschap van pleegzorgbegeleiders/ overdracht: ‘Dit zorgt voor dossierkennis, waardoor je bij een wissel je verhaal niet steeds opnieuw te doen.’ ‘Dit zorgt voor meer vertrouwen en herkenbaarheid en continuïteit in de begeleiding.’ Bij uitval van je pleegzorgbegeleider is er nood aan een grondige overdracht tussen pleegzorgbegeleiders. Pleegzorgers pleiten voor een vervangingspool van ervaren begeleiders.
- Signalen van pleegjongeren:
De caseload van begeleiders is te hoog om jongeren echt goed te kunnen begeleiden. ‘ ‘Begeleiders hebben te veel dossiers, zodat ze niet alles goed kunnen opvolgen. Sommige dossiers krijgen dan voorrang op andere. Het voelt dan alsof je wat vergeten wordt, je voelt je in de steek gelaten, want je wilt ook gehoord en geholpen worden.’
‘Soms is het moeilijk om de begeleider te kunnen bereiken.’
Er zijn veel wissels van begeleiders. Hierdoor moet je steeds opnieuw je verhaal vertellen en lijkt het alsof je weer van 0 moet starten. ‘Ik heb al 4 pleegzorg-begeleiders gehad in 1,5 jaar. Hierdoor vind ik het moeilijk om ze te vertrouwen en een echte band op te bouwen.’
Belangrijk dat je van je begeleider voldoende uitleg en informatie krijgt bij de start van de pleegplaatsing. Er is nood aan meer informatie over de rechten van jongeren in Pleegzorg.
Jongeren willen graag beter voorbereid worden op de zitting in de jeugdrechtbank.
Graag meer begeleiding rond de stap naar zelfstandigheid. Ook nazorg nodig!
Inzetten van ervaringsdeskundigheid: Verschillende jongeren zouden graag ‘ervaringsdeskundige in jeugdhulp’ worden, om andere jongeren te begeleiden. ‘Ik zou goed kunnen helpen, want ik weet hoe het voelt.’
- Signalen van pleeggasten:
Pleeggasten willen graag meer leuke activiteiten met andere pleeggasten.
Graag ook gesprekken alleen met begeleiders, zonder pleegzorgers erbij (of de mogelijkheid om hiervoor te kiezen).
Pleeggasten doen graag dingen met hun begeleider, zoals gaan wandelen, een uitstap, iets gaan drinken...
Pleeggasten willen een vaste begeleider en zo weinig mogelijk wissels. Graag een goede vertrouwensband met begeleider, is er niet automatisch, zeker niet bij veel wisselingen. Last van veel wissels.
Pleeggasten willen meer informatie, bijvoorbeeld waar ze terecht kunnen met een klacht. De JO-lijn is onvoldoende gekend.